Elke kinderwens begint mooi en romantisch. Je houdt van elkaar, je bent al langer of korter samen en spreekt tegen elkaar uit dat je klaar bent voor een volgende stap. Misschien heb je het er al heel vaak over gehad, misschien was één gesprek voldoende. Je kijkt elkaar in de ogen, neemt een diepe hap lucht en spreekt uit een sprong in het diepe te durven nemen.

Vervolgens gaat de pil de prullenbak in, wordt de spiraal achtergelaten bij de huisarts of hang je de condooms in de wilgen. Het vrijen wordt anders. Er is hoop, verwachting. Het is een groot avontuur.

En dit avontuur verloopt niet voor iedereen met het zo hard gewenste resultaat. De eerste maanden gaan vaak nog wel. het is de natuur, immers. Het kan even duren. Het duurt bij die en die van die ook wat langer, niets aan de hand. Tot het nog langer duurt en de spanning toe neemt. Er zal toch niet, er is toch niet…iets aan de hand?

Ik heb er zelf ingezeten. En best lang ook. Hoe goed bedoeld de steun van mijn omgeving ook: sommige dingen wil je niet horen als je ronddoolt in het niet weten hoe dat ooit zo veelbelovende avontuur zal eindigen.

1. Je moet het loslaten

Ik snap het wel. Ik snap het echt wel. De goede bedoeling hiervan en de filosofie dat als je iets loslaat, het naar je toe zou komen. Maar ik kon het niet meer horen. “Als je er niet zo mee bezig bent…” Dan wat?

Ten eerste: “er” niet mee bezig zijn lost over het algemeen geen medische problemen op. Ik heb dat in ieder geval nog nooit zien gebeuren. Loslaten zorgt er niet voor dat eitjes ineens wel springen of vruchtbaar worden, het maakt dode zaadcellen niet ineens levend. Van loslaten is nog nooit iemand zwanger geworden. Geloof me.

Ten tweede: het kan niet. Of misschien kan het wel; het is verdomde moeilijk. Want een kinderwens is niet iets rationeels. Het is biologisch geworteld en dat valt met geen ratio weg te nemen. Hoe graag je het ook zou willen. Want geloof me; ik heb dat hele kinderwensgebeuren heel erg vaak vervloekt. Ik wílde dat ik het los kon laten. Kon het maar.

Wat trouwens ook niet helpt zijn alle fratsen die je dagelijks, wekelijks, maandelijks uithaalt in het kader van die gehoopte bevruchting. Hoe moet je ergens niet mee bezig zijn als je in opdracht van een gynaecoloog elke dag je temperatuur moet meten? Of als om de drie dagen diezelfde gynaecoloog met zo’n inwendige echodildo je baarmoedermond beroert? Vertel het mij, want ik weet het niet.

2. Ach, zonder kinderen is het leven ook heel leuk

Ja. Tuurlijk. Het leven zonder kinderen is ook heel leuk. Bakken met geld over en zeeën van tijd. Klein probleempje: die kinderwens. Kiezen voor een leven zonder kinderen is natuurlijk helemaal prima. Maar als je zelf heel erg graag moeder wil worden, dan is het een hard gelag als dat niet lijkt te lukken. Echt. Het is geen teleurstelling over een vakantie die niet door kan gaan, een auto die je niet kunt kopen of die fantastische jurk die niet meer in je maat te krijgen is. Geen kinderen krijgen als je die wel graag wil is een gemis van een hele andere orde en met hele andere consequenties.

Zelf heb ik me vaak afgevraagd of je kunt rouwen om iets dat je feitelijk niet bent verloren. Mijn mening? Ja dat kan. Want een droom zo onbereikbaar zien worden is ook verlies. En dat is niet iets waar je je zomaar even overheen zet. Ik ken een behoorlijk aantal stellen dat zich uiteindelijk heeft neergelegd bij een leven zonder kinderen. En daar maken ze stuk voor stuk het beste van.

3. Het komt wel goed

Weer een goedbedoelde, veel voorkomende quote. Maar: komt het goed en hoe weet jij dat?
Vooral: wanneer komt iets goed? En bepaal jij dat?

Een van de zwaarste opgaven tijdens drie jaar wachten (vechten) voor een baby vond ik de onzekerheid. De vervulling van zo’n diepe wens werd alleen maar uitgedrukt in percentages. Ik ploos ze helemaal uit. 37% kans had ik op een zwangerschap. Hoe komt het dan goed? Tuurlijk: niet zwanger worden had ik ook overleefd. Maar is dat dan het criterium? Als je er niet aan doodgaat, komt het wel goed?

Het is goed om te weten dat de onzekerheid killing is. Dromen worden percentages. En je bent volledig overgeleverd aan de natuur en het ziekenhuis. Dat avontuur dat zo mooi had moeten zijn, waar zoveel verwachtingsvolle blikken over gewisseld werden, mondt uit in een reeks van ziekenhuisbezoeken, voorzien van pijnlijke en gênante ingrepen. In vrijen op gezette tijden, of je nou zin hebt of niet. In paniek, hoop, vrees en maar weer hoop, want anders houd je het niet vol.

Eerlijk: je weet niet of het goedkomt. Dat geeft ook niet. Niemand vraagt om te weten of het goedkomt, niemand vraagt de toekomst te voorspellen. En hoe geruststellend bedoeld ook: op een bepaald punt in zo’n traject wekt het helaas meer irritatie op dan dat het soelaas biedt.

Wat je wel kunt zeggen?

Dit is natuurlijk best een zuur en ondankbaar stukje. Want ik weet ook wel dat de intenties goed zijn en dat het lastig is om de perfecte reactie te fabriceren. Wat kun je dan wél zeggen om die vriendin, zus of buurvrouw die ongewenst niet zwanger is (of blijft) te steunen?

Dat het kut is. Excusez le mot.

Maar het is zo. Dat je geen idee hebt hoe het voelt, maar je er wel iets bij kunt voorstellen en dat het suckt. Dat is eigenlijk genoeg. Troost waar nodig, maar erken wat er aan de hand is en wat er gebeurt. Dat het niet door jou, niet door haar, niet door een dokter snel en makkelijk te fixen is. Dat de toekomst onzeker is. Dat er een droom steeds maar weer in het geding komt. En dat dit beangstigend is. Ben er gewoon. Hou een hand vast. Laat zien dat wat er ook is, het er mag zijn.

Laat ik het zo zeggen: ik had daar het meeste aan. Gewoon het erkennen van de kutheid van de situatie. Dat is soms gewoon al genoeg.

 

 

Door Minke, eigenaar van MNKE, MoedersinGroningen.nl en ZwangerinGroningen.nl.
Na drie jaar en drie ICSI pogingen zwanger geworden van een prachtige dochter (geboren in 2010).